vrijdag 17 augustus 2012

De luie tuinier

Vorige week kwam de mevrouw die ons huis heeft gekocht even bij ons op bezoek om alvast wat kleine dingetjes te regelen.
Terwijl we over van alles en nog wat keuvelden, kwam de tuin ter sprake. Ze is niet zo bedreven in tuinieren, bekende ze, en er staan allemaal van die mooie planten, wat moet ze daar nou toch mee aanvangen?
Nou staan er eerlijk gezegd niet zo heel gek veel mooie planten meer aangezien ik de dierbaarste exemplaren eruit gehaald heb om mee te nemen naar mijn volgende tuin. Sommige, die te groot zijn om in zijn geheel mee te nemen (de clematis bijvoorbeeld, die zich over de volledige tien meter schutting heeft uitgestrekt) heb ik gestekt, van weer andere heb ik zaden verzameld. Alles bij elkaar een aardig begin om mijn nieuwe tuin straks een zelfde aanzien te geven als de huidige: een tikje vol, een tikje rommelig en met romantische kleuren. Een cottagetuin, heet zoiets. Mensen die openlijk van mening zijn dat ik hoognodig wat energie in mijn tuin moet steken, snappen het principe van een cottagetuin niet. Die hóórt een tikje rommelig.


Enfin, ik had het daar dus over met de nieuwe bewoner en legde uit dat de tuin weliswaar vol staat, maar dat ik er toch nauwelijks werk aan heb.
Natuurlijk werd dat in eerste instantie niet geloofd. Toch is het zo. Meer dan wat overvloedig groeiende wingerd wegknippen of al te enthousiaste scheuten van de clematis doe ik eigenlijk niet. 

Schoffelen, ik kan me niet heugen wanneer ik het voor het laatst heb gedaan. Onkruid wieden: geen idee wat dat is. In mijn tuin is helemaal geen plek voor onkruid! Mijn Tuinklauw Goud staat al jaren werkloos in de schuur. De spa heb ik voor het laatst gebruikt toen we de vijver aanlegden, een jaar of vijf geleden. Hooguit knip ik soms eens iets weg in de hoop dat er later in de zomer nog een tweede bloei volgt. 

  Gaura
En wat er groeit en bloeit, sterft grotendeels in de winter af en komt in het voorjaar weer terug. Aan het eind van de herfst de afgestorven delen wegknippen, dat is zo'n beetje het grootste karwei gedurende het jaar.
Want terwijl ik zo met haar zat te praten, realiseerde ik me: ik ben een luie tuinier. Ik zit liever in mijn tuinstoel te genieten van al dat moois, dan dat ik me vermoei met allerhande tuingereedschap, zwart tot mijn ellebogen en met pijn in mijn rug van het bukken.


Flox

Toch is dat niet helemaal waar. De belangrijkste reden dat ik zo weinig écht zwaar fysiek werk in mijn tuin verricht, is dat er niets meer te doen valt. Op een gegeven moment, zo'n vijf, zes jaar nadat we hier waren komen wonen, waren de mogelijkheden om creatief met het postzegeltje tuin om te gaan, allemaal benut. 
Ik kon hooguit nog iets wat er al was, verplaatsen. Maar nóg meer perk aanleggen, nóg meer flagstones in het gazon, nóg een vijver aanleggen, of een heg, of een stuk terras weghalen ten behoeve van het groen: er is gewoon geen plek voor. 
De zin is er wel, maar de tuin is te klein. Mijn tuin was klaar en ik kon er mijn creativiteit niet meer in kwijt.


Hortensia (die niet mee gaat...)
 
In die zin ben ik de nieuwe buren ergens wel dankbaar; zij hebben onze al jaren sudderende, vage verhuisplannen in een stroomversnelling gebracht en over een week of twee, drie kan ik een tuin van serieus formaat tegemoet zien. 

Prikneus

Het zou zomaar kunnen dat deze luie tuinier dan plotseling een heel actieve tuinier wordt.


1 opmerking:

  1. Je hebt een heerlijk 'online stekje' ; ). Ideaal toch, een luie tuinier zijn. Met weinig moeite toch een schitterende tuin. Af en toe een klusje erbij zoals een vijver aanleggen. Verder gewoon genieten van de cottage tuin.

    BeantwoordenVerwijderen